Niemand is gebaat bij een pretstudie

Vandaag pleit staatssecretaris Jet Bussemaker voor een betere aansluiting van het MBO op het bedrijfsleven, zoals je bijvoorbeeld hier kunt lezen. Fractievoorzitter Marjolein Moorman schreef in 2013 hier een opiniestuk over in het Parool. Lees het hier nog eens:

Dit voorjaar maken weer duizenden aankomende mbo-studenten de keuze voor hun toekomst. Velen zullen hun studie hier, in de hoofdstad, beginnen. Begrijpelijk, want voor veel jonge mensen is en blijft Amsterdam de stad waar je niet alleen kunt dromen over een mooie toekomst, maar deze toekomst ook het beste kan vormgeven.

Door de crisis is die toekomst echter een stuk minder zeker geworden. Geen groep komt zo moeilijk aan een baan als jongeren. Vooral jonge mbo’ers ondervinden de gevolgen van de oplopende jeugdwerkloosheid. Een goede aansluiting van mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt is daarom van het allergrootste belang. Meer dan ooit is het belangrijk dat het middelbaar beroepsonderwijs ook echt opleidt voor een beroep. Opleidt voor werk.

Zo bont als in Eindhoven maken we het in Amsterdam gelukkig niet. Daar kun je je met ingang van het volgend seizoen inschrijven voor de opleiding ‘Heavy Metal’. De kans op een succesvolle uitstroom naar betaald werk laat zich raden. Maar ook in Amsterdam worden volgens de rapportages van de Stichting Beroepsonderwijs Bedrijfsleven heel wat opleidingen aangeboden waarbij de kans op betaald werk zeer klein is. Hoe mooi de opleidingen ‘medewerker evenementen organisatie’, ‘interieuradviseur’, ‘leisure & hospitality assistant’ of ‘verkoopspecialist mode’ ook mogen klinken, het arbeidsperspectief na de opleiding is verre van aantrekkelijk.

Minister Bussemaker kondigde deze week aan een einde te gaan maken aan deze zogenaamde pretstudies- opleidingen waarin studenten bijna zeker worden opgeleid tot werkloosheid.

Ik sta volledig achter deze plannen. Met deze pretstudies worden studenten een rad voor ogen gedraaid. We moeten geen studies willen bekostigen waardoor netafgestudeerde mbo’ers hun ‘carrière’ beginnen aan het jongerenloket van DWI. Het kost de samenleving twee keer geld: niet alleen de 7400 euro per student per jaar, maar ook de kosten voor de uitkering die hier vaak op volgt. Toch studeren aan deze opleidingen in Amsterdam honderden jongeren per jaar af. Zij stevenen af op een onzekere toekomst. Dat mogen we toch niet laten gebeuren?

Laten we het daarom niet aan de minister overlaten om de studies straks te stoppen, maar nu in Amsterdam al het goede voorbeeld geven. De mbo-scholen hebben de sleutel in handen. Zij kunnen de studies die niet opleiden tot werk beëindigen. Niet over een paar jaar, maar nu al, op het moment dat de inschrijvingen voor het nieuwe jaar geopend zijn. Ik vraag de directies van de mbo-scholen: neem uw verantwoordelijkheid en kies voor de toekomst van uw studenten.