Door op 18 september 2013

De nare echo van een experimentele opleiding

PvdA-wethouder Pieter Hilhorst volgt Robin Bobsaid (24) tijdens zijn zoektocht naar een baan. Robin heeft een mbo-opleiding gevolgd voor interactief vormgeven. Toch zit hij al meer dan een jaar thuis. Pieter vertelt:

Zonder diploma maak je geen kans op de arbeidsmarkt. Ik zeg het vaak genoeg om jongeren zover te krijgen om hun school af te maken. Ik zeg het om scholen bij de les te houden, zodat ze niet wegkijken als kinderen afglijden. Het klopt ook. Zonder een diploma, heb je minder kans op werk. Maar dat betekent niet dat het omgekeerde waar is. Het is niet zo dat je met een diploma gebeiteld zit. Zo volg ik al enige tijd de 24-jarige Robin. Hij heeft een mbo opleiding gevolgd voor interactive vormgeven. Toch zit hij al meer dan een jaar thuis. “Ik ben er inmiddels wel achter, een diploma garandeert geen werk”, zegt Robin als hij bij me op bezoek is. “Ik heb overal gesolliciteerd maar kon nauwelijks op gesprek. Het was dè opleiding voor me, maar er zijn nauwelijks banen in.”

Wat me opvalt is dat Robin het zegt zonder woede. Hij vertelt het bijna gelaten. Hij vertelt eerlijk hoe die lange periode van werkloosheid zijn motivatie heeft ondermijnd. “Je hebt het gevoel dat je leven stil staat. Na een jaar solliciteren heb je bijna alle vacatures al gezien. Na alle afwijzingen wordt je motivatie minder.” Liberalen geloven dat motivatie een afgeleide is van financiële prikkels. Als het verschil tussen een uitkering en een baan, maar groot genoeg is, dan zal iedereen elke baan accepteren. Robin is het levende bewijs van het failliet van deze theorie. Hij krijgt geen uitkering. Hij woont bij zijn ouders. Elke euro die hij verdient is dus een extra euro. Een grotere financiële prikkel is niet denkbaar. Maar je suf solliciteren is iets anders dan aangenomen worden.

De grafische sector waar Robin wil solliciteren is op dit moment een lastige branche. Ik vraag hem of hij ook in andere sectoren heeft gekeken: “Als ik een baan aanneem uit een andere sector, of vakkenvuller wordt bij Albert Heijn, dan leer ik ondertussen niks bij in mijn vakgebied en sta ik stil.” Dat vindt hij jammer want op de stages die hij tijdens zijn studie heeft gelopen, heeft hij juist gemerkt hoe dit vak bij hem past. “Daarom twijfel ik, word ik wel gelukkig met iets anders?” Maar word je wel gelukkig van thuiszitten, vraag ik hem. Over het antwoord kan hij kort zijn. Nee, natuurlijk. Hij vindt het best fijn om voor zijn moeder te koken, maar het leven moet meer in petto hebben.

Robin heeft de pech gehad dat hij de opleiding interactive design is begonnen toen de studie nog in een experimentele fase bevond. Er ging heel veel mis. Van de vijfentwintig leerlingen die eraan begonnen, heeft maar een handvol de eindstreep gehaald. Robin hoorde daarbij, maar door de chaos op de opleiding heeft hij er wel twee jaar langer over gedaan dan ervoor stond. Dat kan een reden zijn voor werkgevers om toch maar een voor ander te kiezen. Zo zou hij de prijs betalen voor een falende opleiding. Robin gelooft dat niet. Hij ziet een andere oorzaak: “Mbo-vacatures voor juniorfuncties zijn er nauwelijks. Ze vragen vaak naar een hbo-opleiding met drie jaar werkervaring. Ik kom niet binnen ook al heb ik soms dezelfde werkzaamheden gedaan waar ze naar vragen.”

Toen hij ten einde raad was, is hij naar het jongerenloket gestapt. “Ik kon kiezen, een uitkering of naar de Kandidatenmarkt om sollicitatietrainingen te volgen”. Hij koos voor het laatste. Met succes, inmiddels heeft hij een stage waar hij ervaring op doet. Onbetaald, maar hij is ten minste bezig en hij leert veel. Een ding weet ik zeker. Jongeren moeten de kans krijgen om zich te kunnen ontwikkelen. Robin blijft intussen zoeken naar betaald werk. Ik spreek hem over een paar weken weer. Zou zijn huidige stage hem meer kansen bieden?