Column Marjolein Moorman: Talent voor samenleven
“Het kan niet dat een moslim verantwoordelijk is voor deze daden, zegt een leerlinge, moslims doen zulke dingen niet. ‘Waarom worden we almaar beledigd? Die cartoons moeten verboden worden? Waarom worden er geen grenzen gesteld door de politiek? De overheid? Daar zijn ze toch voor?’ De leerlingen vinden het beledigen van de profeet toch erger dan het doodschieten van een cartoonist.”
– Margalith Kleijweght, De Groene Amsterdammer, 18 februari 2015
We zijn er vaak zo trots op. Ons Amsterdam. De meest diverse stad van de wereld. Waar mensen vredig samen kunnen leven. En waar tradities kunnen veranderen. Zie bijvoorbeeld hoe na jarenlange – soms verhitte – discussies er meer en meer anders wordt gekeken naar zwarte piet. Maar tegelijkertijd leven er onderhuidse spanningen. Het bovenstaande citaat komt uit een gesprek dat Lodewijk Asscher voerde met leerlingen van een Amsterdamse school. Het is exemplarisch voor gevoelens en ideeën die leven op vele scholen, soms in nog extremere vormen. De uitspraken van deze leerlingen bewijzen voor mij waarom het zo belangrijk is dat we met elkaar in gesprek blijven.
We weten we dat er scholen zijn waar gedweept wordt met IS. Of waar de gruweldaden in Parijs of de afgehakte hoofden op internet gezien worden als een zionistisch complot. Dit soort signalen mogen we niet negeren. Het mag niet zo zijn dat we later zeggen: we wisten al veel langer dat zulke ideeën leefden. Het mag niet zo zijn dat we zeggen: daar hadden we veel eerder wat aan moeten doen. Het mag niet zo zijn dat we zeggen: we wisten niet wat we moesten doen.
Deze week publiceerde onderzoeker en journalist Margalith Kleijweght het uitstekende rapport ‘Twee werelden, twee werkelijkheden’, geschreven in opdracht van het Ministerie van Onderwijs. In haar rapport beschrijft ze hoe gevoelige maatschappelijke kwesties de klas binnenkomen en hoe ze zowel autochtone als allochtone leerlingen ziet radicaliseren. De tegenstellingen groeien. Voor de leraar kan het soms ontzettend lastig zijn om daar mee om te gaan.
Leraren doen enorm hun best en hebben een belangrijke rol te vervullen. Ze zijn de helden van de stad. Want onderwijs gaat om zoveel meer dan het aanleren van vaardigheden. Het gaat ook om socialisatie en vorming. Om jouw groei als mens. Zoals onderwijsprofessor Gert Biesta zo goed zegt: het gaat om de talenten die goed leven en samenleven mogelijk maken.
Maar we moeten de leraren hier niet alleen in laten. Omdat hun takenpakket steeds vaker wordt uitgebreid en de belasting vaak al zo groot is. Het is lastig om die rol te vervullen in zo’n snel veranderende samenleving. Het is bovendien heel erg moeilijk om zo’n gesprek te voeren. Maar het is ook uiterst noodzakelijk. Eerder al bood mijn collega-raadslid, en teamleider op het Calvijn College, Sofyan Mbarki om op bezoek te komen en leraren te helpen bij het voeren van dit gesprek.
In haar rapport concludeert Kleijweght dat scholen die een duidelijke visie hebben, hun docenten goed ondersteunen en motiveren om de discussie aan te blijven gaan in de klas het uiteindelijk het beste doen. Ik kan niet anders dan het hartgrondig eens zijn met die conclusie.
Daarom diende ik afgelopen december samen met mijn D66-collega Dehlia Timman een motie in om het burgerschapsonderwijs in Amsterdam te versterken. Leraren gaan met elkaar in gesprek om hun inzichten in burgerschapsonderwijs met elkaar te delen en de beste ervaringen en tips met elkaar te delen. De discussie voeren in de klas kan soms moeilijk zijn, maar samen gaat dat gemakkelijker.
Laten we leerlingen en leraren stevige handvaten geven om het gesprek aan te gaan. Om met open vizier gedachtes en overtuigingen met elkaar te delen. Om samen te werken aan hun talent voor goed samenleven.