Hoeveel meer hotels heeft Amsterdam nog nodig en waar moeten die staan?

In zes jaar is het aantal hotelkamers in Amsterdam met 6.000 gestegen tot ruim 24.000.  En in de komende drie jaar, komen daar waarschijnlijk nog 3000 bij.  Dit is conform het hotelbeleid dat deze raad vaststelde voor de jaren 2006-2015.

En nu stellen we, wat de PvdA betreft, de nieuwe hotelstrategie voor Amsterdam en de regio vast voor de jaren 2016-2022.

6 plus 3-duizend is 9.000 kamers erbij, in negen jaar.  De groei waar de ondernemers in Amsterdam voor hebben gezorgd was hard nodig: Te vaak was er geen kamer te krijgen, en die kamers die er waren, waren vaak te duur voor wat je kreeg. Amsterdam heeft vier van de tien slechtste hotels van Europa binnen haar stadsgrenzen, een dubieuze eer.  Maar, nu zijn er ook veel meer goede bijgekomen.  De toeristen die de stad vóór de groei misliep, komen nu wel en daarmee ook de inkomsten voor de stad en groei in werkgelegenheid, in de horeca, winkels en musea.

Hoe nu verder?

Er tekent zich een verzadiging af.  Een verzadiging van het aantal toeristen dat Amsterdam Centrum kan en wil absorberen.  En die gemiddelde groei van 1000 kamers per jaar, is ook niet tot in het oneindige wenselijk. Want in onderzoeken wordt de verwachting geuit dat de vraag naar hotelbedden in de markt niet zo blijft groeien. En de markt verandert, ander soort bedaanbieders steken de kop op, denk aan AirBNB. Dus niet meer sturen op kwantiteit maar op ‘het juiste hotel op de juiste plek’ en ‘kiezen voor kwaliteit’ lijken de PvdA goede richtsnoeren.  En dat belichaamt deze strategie.

In Italië noemen ze Amsterdam liefkozend Venezia del Nord.  Toen ik laatst in Venezië was, zonk de stad bijna in haar lagune van de toeristen.  Mooi om te bezoeken, maar leven, no grazie.  Hier moeten we als Amsterdam ver van blijven.  Dat betekent voor de PvdA met betrekking tot de strategie tot en met 2022 drie dingen:

1. Geen tot zeer beperkte groei van kamers in het centrum en binnen de ring, en zeker niet zonder dat de gemeente dat wil.  Dit wordt bestendigd in de hotelstrategie 16-22.
2. Buiten het centrum en vooral buiten de ring is meer ruimte.  Maar: toeristen komen niet om onze A10 te aanschouwen, ze komen voor het centrum.  Ja, autonome toeristentrekkers buiten het centrum (Ziggodome, ArenA, Amsterdam Castle, wie kent het (niet?), het werkt. En tegelijkertijd, komen ze óók naar het oude centrum.  Daarom willen wij dat het bestuur stuurt op autonome publiekstrekkers nabij die hotels.
3. Goede communicatie met de buurt en ondernemers die van plan zijn een hotel te starten, èn een vinger aan de pols: Amsterdam is gebaat bij een gezonde hotelbranche met voldoende aanbod met een passende prijs/kwaliteit verhouding.  Daarom blijven we evalueren, jaarlijks.  Hoe gaat het met de branche en de belasting van het centrum?  Daar hebben we met GroenLinks een motie voor ingediend die door de hele raad aangenomen is.

Het bestemmingsbeleid heeft lacunes, dat blijkt uit de recente plannen voor een hotel aan de Weesperzijde met 1.400 bedden, waar de gemeente pas in een laat stadium in het proces met de ondernemer en de buurt aan tafel kwam te zitten.  De kans dat zoiets zich voordoet onder de hotelstrategie 2016-2022, is klein.  Want er wordt vooraf met de ondernemer gesproken.  Bij de voordeur, om ‘de juiste plek’ te vinden voor haar/zijn initiatief.  Die juiste plek ligt trouwens hoofdzakelijk buiten de Ring.  Er is aanpalend beleid om bezoekers ook het oude centrum te boeien en de trek naar die gebieden daarmee te verkleinen.

Daarbij zal de wethouder de stadsdelen en projectbureaus verzoeken kritisch te kijken naar hotelbestemmingen in hun bestemmingsplannen en hier aanpassingen in te doen, conform de hotelstrategie.  De taak om de bewoners daar tijdig bij te betrekken ligt duidelijk bij de bestuurscommissies.

We zien uit naar (nog meer!) mooie initiatieven vanuit de markt die Amsterdam nog mooier en sterker maakt, en voor veel activiteit en werkgelegenheid zorgt.

Liselore van der Heijden is raadslid voor de PvdA in Amsterdam.