14 november 2006

Vragen over Van Houten monumenten

Schriftelijke vragen van het raadslid H. Willemse (PvdA) inzake de Van Houten Monumenten
Een alerte ambtenaar in die tijd, de heer van Houten, heeft ervoor zorg gedragen dat onbewoonbaar verklaarde woningen werden vervangen door nieuwe, maar dat er wel een, vaak van een pand op dezelfde plek, monumentale gevel op werd geplaatst. De panden zijn beschermd via plaatsing op de ‘vanwege’ Rijksmonumentenlijst. Deze ‘vanwege’ status staat blijkens het artikel in het Parool op de tocht.
In het kader van artikel 42 van het Reglement van Orde voor de Gemeenteraad wil ondergetekende namens de fractie van de PvdA u de volgende vragen voorleggen.
  1. Is het College op de hoogte van het artikel in het Parool van 9 november jl. over de zgn. Van Houten panden.
  2. Is het College het met ondergetekende eens dat deze panden beeldbepalend zijn voor de buurten van Amsterdam waarin ze gelegen zijn en in belangrijke mate bijdragen aan de sfeer en de aantrekkingskracht van Amsterdam. Zo nee, waarom niet.
  3. Is het College net als ondergetekende geschrokken van het feit dat wel 200 van deze door Van Houten geredde panden met hun monumentale gevels in de gevarenzone van sloop kunnen komen. Zo nee, waarom niet.
  4. Is het College het met ondergetekende eens dat de panden een rijksmonumentale status zouden moeten hebben c.q. moeten blijven behouden. Zo nee, waarom niet.
  5. Zo ja, wat gaat het College doen om dit te bewerkstelligen.
  6. Is het College ervan op de hoogte dat er een zeer concrete dreiging is voor het pand op de hoek van de Roozenstraat 72. Hoe is de situatie op dit moment. Wat gaat het College aan acties ondernemen om te voorkomen dat het pand gesloopt wordt. Welke mogelijkheden heeft het bestemmingsplan.
  7. Wat vindt het College van de berichtgeving in het Parool in relatie tot de aanvraag van de Wereld Erfgoed Status voor de Amsterdamse binnenstad.
  8. Welke contacten onderhoudt het College over deze monumenten met respectievelijk het stedelijk centrum en het rijk.
  9. Is het College bereid de raad via de raadscommissie Verkeer en Vervoer, volkshuisvesting en Monumenten op zo kort mogelijke termijn te informeren en wel uiterlijk tijdens de raadscommissie van 6 december.
H. Willemse, PvdA