27 augustus 2006

Mondelinge vragen SOV

4 februari 2004

Tijdens de raadsvergadering van 4 februari 2004 stelde ik mondelinge vragen over de Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV).

Mondelinge vragen Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV) tijdens raadsvergadering 4 februari 2004
Afgelopen zaterdag 31 januari stond er wederom een negatief bericht over de Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV) in het Parool.
Als we het bericht mogen geloven zijn 26 van de 30 mensen die ooit het SOV-traject zijn gestart weer teruggevallen in gebruik.
De PvdA-fractie is zich ervan bewust dat de doelstelling van de SOV niet is om alle deelnemers clean te krijgen, maar om het gebruik beheersbaar te maken en recidive te voorkomen. Het lijkt er hoe dan ook toch op dat dit project in Amsterdam niet echt slaagt. De SOV moet niet verworden tot een onnodig dure detentie.
Als de verslaafden helemaal niet gemotiveerd zijn, kunnen we ze beter ’gewoon’ opsluiten.
Op 9 januari heeft wethouder Belliot zich in een radio-interview positief over het SOV-programma uitgelaten en burgemeester Cohen pleitte vorige week nog voor uitbreiding. Namens mijn fractie wil ik het college de volgende vragen stellen.
1. Is het college bekend met het bericht in het Parool van afgelopen zaterdag?
2. Wat is de huidige stand van zaken voor het SOV-traject? Is de strekking van de berichtgeving in het Parool correct, dat het overgrote merendeel van de eerste lichting SOV-cliënten is teruggevallen in gebruik en/of crimineel gedrag? Zijn de deelnemers aan de start gemotiveerd? Hoe worden zij geselecteerd en voorgelicht? 3. De gemeente is verantwoordelijk voor de derde fase, waarin huisvesting, schuldsanering en werk een belangrijke rol spelen. Zijn er inmiddels voldoende voorzieningen voor de deelnemers is deze fase?
4. Bij de begrotingsbehandeling van 2004 is de Raad akkoord gegaan met een intensivering van de SOV van 400.000 euro, zonder dat er een plan aan ten grondslag lag. Wanneer ontvangt de raad een plan voor de besteding van dit geld?
Wordt in dat plan ook een resocialisatiemanager of veldregisseur opgenomen?
5. Ontvangt de raad een evaluatie van het SOV-programma, met name van de derde fase waar de gemeente voor verantwoordelijk is? Zo ja, wanneer?
6. Klopt het dat het college voor uitbreiding pleit? Wat is de
reden dat het college niet eerst de evaluatie afwacht?