10 juli 2006

Leve de Herdenking van Slavernijafschaffing

“Zolang de herinnering leeft, is het leed niet voor niets geleden”, zei burgemeester Job Cohen bij de nationale herdenking van de Afschaffing van de Slavernij. Maar de herdenking leeft nauwelijks. Er waren maar weinig mensen bij in het Oosterpark. En zeker weinig “witte” mensen. En dat vind ik erg.
Want 1 juli 1863 is een historische dag, en voor de nazaten van de slaven te vergelijken met de Bevrijdingsdag. Toen kwam er een eind aan een van de grofste schendingen van de mensenrechten uit de geschiedenis, de slavernij. Van slaven werd alles geschonden: vrijheid, lichamelijke integriteit, het recht om bij je gezin te zijn, het recht om in je eigen land te zijn, het recht om te beslissen over je leven en je bestemming, het recht op bezit. Sterker: je was bezit, en je kon zomaar verkocht worden. En al is dit nu verleden tijd, de krenking is nog steeds bij mensen aanwezig.

En de “geschiedenisles” luidt als die van de holocaust: “Dit mag nooit meer gebeuren!” Maar ondertussen bestaan er nog schendingen van de mensenrechten, die de slavenbehandeling evenaren: kinderarbeid, kinderprostitutie, vrouwenhandel, behandeling van gevangenen in Guantanamo Bay. En dat, terwijl de les vergeten wordt.

Ik hoop dat deze herdenking gaat leven, zoals 4 en 5 mei leven. Dat kan door jaarlijks rondom 1 juli verhalen over slavernij te vertellen, aan de mensen die ze nog niet kennen. Leraren: lees klassikaal “De Negerhut van oom Tom”. Omroepen: zend de serie North and South uit. Musea: maak een tentoonstelling. Glenn Willemsen van NinSee: ontsluit de andere verhalen samen met de scholen, de schrijvers, de geestelijken, de media én de nazaten. Koning Beatrix: legt u ook een krans. En mensen: herdenk mee.

De auteur is deelraadslid in De Baarsjes