27 augustus 2006

Schriftelijke vragen over SOA, 24 februari 2004

De laatste tijd is het aantal mensen met een geslachtsziekte flink toegenomen, ook in Amsterdam. Voor de bestrijding van geslachtsziekten is het cruciaal dat mensen zich laten testen. De Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst (GG&GD) heeft sinds jaar en dag een geslachtsziektepolikliniek aan de Groenburgwal, waar mensen gratis en anoniem kunnen laten testen, of zij besmet zijn met een van de verwekkers van een seksueel overdraagbare aandoening (SOA).

De toename van het aantal SOA’s en het voornemen van de GG&GD om tot een actiever HIV-testbeleid over te gaan, zal leiden tot toename van het aantal mensen dat zich wil laten testen. De druk op de SOA polikliniek zal extra groot worden. Nu staat er al dagelijks een rij wachtenden bij de polikliniek aan de Groenburgwal. Behalve dat het onaangenaam is (buiten) langdurig te moeten wachten, doet zoiets afbreuk aan het anonieme karakter. Het vormt een drempel voor mensen en zou ertoe kunnen bijdragen dat mensen blijven rondlopen met een geslachtsziekte.

De GG&GD meldt in zijn jaarverslag dat er in 2002 zo’n 5000 mensen naar huis zijn gestuurd. Deze situatie is niet bevordelijk voor de volksgezondheid in de stad. Hoewel de rijksoverheid (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) verantwoordelijk is voor de curatieve bestrijding van SOA’s, heeft de gemeente een verantwoordelijkheid voor de algehele volksgezondheid in de stad en voor de preventieve zorg. Het testen op SOA’s kan ook preventief werken.

Op grond van het vorenstaande stelt vragenstelster de volgende vragen.

1. Kan het College van Burgemeester en Wethouders de Gemeenteraad inlichten over de ontwikkeling in de afgelopen vijf jaar van het aantal mensen met een geslachtsziekte in Amsterdam. Wat zijn de voorspellingen voor het aantal geslachtsziekten in Amsterdam voor de komende twee tot vijf jaar?

2. Is het College van Burgemeester en Wethouders bekend met het knelpunt dat de polikliniek van de GG&GD het aanbod van bezoekers niet aankan?

3. Hoe belemmeren deze capaciteitsproblemen het voorgenomen actieve HIV-testbeleid?

4. In het beleidsplan van de GG&GD wordt gesproken over een dependance van de polikliniek in Zuidoost. Kan het College van Burgemeester en Wethouders aangeven waarom het niet gelukt is om deze te realiseren?

5. Is het College van Burgemeester en Wethouders, in het licht van de huidige, maar vooral ook te verwachten aantallen personen met een (mogelijke) geslachtsziekte, voornemens om er bij de rijksoverheid op aan te dringen om de testcapaciteit uit te breiden door ook in andere delen van de (binnen)stad een dependance van de polikliniek te vestigen?

6. Een andere oplossing voor het capaciteitsprobleem is een geheel nieuwe polikliniek in het centraal bureau van de GG&GD, maar deze zou pas eind 2005 gerealiseerd zijn.
Kan het College van Burgemeester en Wethouders aangeven hoe het meer mogelijkheden wil creëren voor anoniem onderzoek en testen, op de korte termijn?

7. Wat zijn de mogelijke financiële consequenties, op korte en lange termijn, van de uitbreiding van de SOA-kliniek?

Ter beantwoording van deze vragen wordt het volgende medegedeeld.

1. Het aantal bezoekers met soa gezien op de polikliniek de laatste 5 jaar levert, om een trend aan te geven, de volgende getallen:

Aantal mensen met:
1998
1999
2000
2001
2002

Gonorroe
483
706
1022
1071
1049

Syfilis
35
77
126
199
241

Chlamydia
1580
1629
1791
2046
2055

(verdere data zie Jaarverslag soa-polikliniek 2002).
Verwachting is dat de aantallen in de komende jaren nog zullen stijgen. De beoogde nieuwe polikliniek in het centraal bureau van de GG&GD voorziet in een capaciteitstoename van circa 35% ten opzichte van de huidige polikliniek.

2. Ja.

3. De bestaande capaciteitsproblemen betekenen dat slechts een beperkt aantal mensen op HIV kunnen worden getest op de soa-polikliniek. Echter, men kan daarvoor op veel andere adressen terecht o.a. in de reguliere gezondheidszorg.

4. Er is in de afgelopen jaren uitvoerig onderhandeld met het AMC en andere gezondheidsinstellingen in Zuidoost om te komen tot het openen van een drempelvrije soa polikliniek. Dit bleek op allerlei bezwaren te stuiten. Het openen van een geheel nieuwe tweede soa-polikliniek door de GG&GD in Zuidoost is niet alleen kostbaar maar leidt ook tot logistiek moeilijk oplosbare problemen. Vandaar dat uiteindelijk besloten is in principe de capaciteit van de huidige soa-polikliniek uit te breiden door die onder te brengen in het centraal gebouw (naar verwachting gereed eind 2005).

5. Nee. Er zijn op dit moment voldoende mogelijkheden voor mensen om zich te laten testen op HIV via o.a. huisartsen, specialisten, checkpoint, etc. Bovendien wordt de capaciteit van de GG&GD soa-polikliniek uitgebreid.

6. Van belang is hier dat er recent wijzigingen zijn doorgevoerd in het verwerken van de bezoekersstromen op de soa-polikliniek. Het komt erop neer dat een aantal mensen niet het volledige onderzoek hoeft te ondergaan; naar verwachting draagt dit bij aan het kunnen onderzoeken van meer personen dan tot nu toe, mogelijk met een toename tot circa 15% op jaarbasis.

7 . Uitbreiding van de soa-polikliniek zal naar verwachting leiden tot een toename van het aantal nieuwe consulten per jaar, tot een maximum van circa 30.000. De kosten voor deze curatieve voorzieningen worden tot nu toe vergoed door via de AWBZ (subsidie)gelden van de Rijksoverheid (overigens met een bepaald plafond). Momenteel werkt VWS plannen uit voor een nieuwe organisatie en financieringsvorm voor de drempelvrije soa-zorg in Nederland.