24 september 2007

Onno van der Vlerk kandidaat bestuur PvdA

‘Bevlogenheid moet terug.’

Ze hebben hetzelfde bouwjaar. 1955. Maar er zijn meer overeenkomsten. Onno van der Vlerk en Gerrit Valk zijn namelijk PvdA’ers in alles wat ze doen. Dat hoor je. Dat zie je. De oude stempel. Oude politiek. Ze halen er allebei de schouders over op. ‘Er is niks mis met kijken wat er vroeger goed was.’ Woorden als solidariteit. Vereniging. Bevlogenheid.

We ontmoeten elkaar op een industrieterrein vlakbij Sloterdijk. Onno van der Vlerk is daar leermeester in een sociale werkplaats. We spreken elkaar in een rommelig kantoortje met meubilair en computers uit een ver verleden. ‘Wij zijn kandidaat.’ Van der Vlerk wil algemeen bestuurslid worden bij de PvdA en Gerrit Valk heeft zijn oog laten vallen op de zetel van internationaal secretaris van de PvdA, een functie die nu door Marije Laffeber wordt vervuld.

Van der Vlerk wil vooral inzetten op de netwerken die er binnen de PvdA zijn, maar die er verwaarloosd bij liggen. ‘Ik ziet overal elastiekjes en haakjes op de grond liggen. Die moeten aan elkaar geknoopt worden. Leden moeten weer actief bij de partij betrokken worden.’ Hij wijst op nieuwe leden. ‘Die moet je aanspreken. Als die op een vergadering alleen maar grijze koppen zien, zijn ze zo weg. Je moet zorgen dat ze behouden blijven, maar – nog belangrijker – dat ze hun expertise voor de partij inzetten.’

‘Dat is nu te weinig het geval. Het Kenniscentrum ligt zo’n beetje op z’n gat. En er zijn te weinig clubs waar leden terecht kunnen met ideeën, suggesties en vragen. Na de JS is er eigenlijk niks meer.’ Hij pleit ook voor een netwerk van oud-bestuurders die iets voor de partij kunnen betekenen. ‘Die worden vaak vergeten, terwijl ze een schat aan ervaring inbrengen.’

Daar haakt Gerrit Valk op in. ‘Neem een werkgroep buitenland. Noord Holland heeft als enige een werkgroep buitenland. Idioot toch? En we hebben fantastische oud-bewindslieden die een passie voor het buitenland hebben. Max Van der Stoel. Maar natuurlijk ook Jan Pronk. Die mensen wil ik bij elkaar brengen. Een werkgroep waar de kamerfractie echt iets aan heeft. Met gewicht, kennis en kunde.’ Valk vindt dat we in Nederland te navelstaarderig zijn. ‘Alles wat echt van belang is, gebeurt in het buitenland. Terrorisme. Klimaatverandering. Economie.’

Zijn cv is doordrenkt met het buitenland. Niet alleen was hij als kamerlid (1989- 2002) verantwoordelijk voor buitenlandse zaken en defensie, ook daarna zat hij continu buiten Nederland. Als waarnemer bij verkiezingen. Als vertegenwoordiger van internationale organisaties, maar ook als historicus en kunstliefhebber is zijn blik ‘wijder dan die van menigeen.’ Als één van zijn activiteiten als internationaal secretaris wil hij een ‘denktank buitenland’ oprichten met grote namen. ‘Die bevlogenheid moet terug.’

Toch is Valk de provinciaal. Hij is de Alkmaarder. De kaaskop. Van der Vlerk is de Amsterdammer, die ‘daar ook nooit meer weg wil.’ En Valk heeft iets met voetbal, terwijl van der Vlerk niet eens weet dat AZ – de club van Valk – weer aan de top speelt. Hij is voorzitter van de raad van commissarissen en voelt zich thuis bij de CDA’ers Dirk Scheringa en Van Louis van Gaal. Jongens van de gestampte pot. ‘Bij AZ tref je mensen die moraal hoog hebben zitten. Spandoeken met kwetsende teksten worden direct weggehaald bijvoorbeeld. Wij hebben de normen en waarden. En dat is echt geen CDA eigenschap. Dat hoort heel erg thuis bij de PvdA.’

Het zijn allebei verenigingsmannen. Over de inhoud willen ze zich niet uitlaten. ‘Natuurlijk is het treurig, die twintig zetels in de peiling’, zegt Valk. ‘Maar het komt goed. Als we maar weer onszelf worden.’ Ook over personen laten ze zich niet uit. Jan Pronk. Wouter Bos. ‘Nu even niet.’ Natuurlijk wil van der Vlerk wel ‘zijn’ Amsterdamse ‘mannen’ in de schijnwerpers plaatsen. ‘Cohen, Aboutaleb, Asscher, Marcouch.’ Met devotie spreekt hij de namen uit. ‘Maar het gaat om de partij, niet om de poppetjes. Waar de partij nu bij gebaat is, is rust en contemplatie’, zegt Valk.

‘Vroeger moest je als kamerlid, wethouder, gewestvoorzitter of wat ook altijd terug naar je eigen basis om verantwoording af te leggen’, zegt Valk. ‘Dat gebeurt nu niet meer.’ Van der Vlerk haakt in: ‘Ja, of het is voor een halflege zaal.’ De Amsterdamse voorzitter zou graag zien dat er meer ondersteuning voor de afdelingen komt om bijvoorbeeld vergaderingen te organiseren, een spreker te regelen of een aardige zaal te bekostigen. Nu hebben we een regiocoördinator, maar die is er vooral om regels van bovenaf de afdelingen in te dirigeren.’

Ze zijn het erover eens dat er meer geïnvesteerd moet worden in de leden. ‘Ze moeten weer een clubgevoel krijgen, ze moeten erbij betrokken worden’, zegt Gerrit Valk bevlogen. ‘De kloof tussen het bestuur en de leden is nu te groot.’

‘Of er een overeenkomst is tussen AZ en de PvdA?’ herhaalt Gerrit Valk mijn slotvraag. Hij kijkt even naar het systeemplafond. ‘Ja’, zegt hij dan lachend. ‘De wederopstanding van de voetbalclub kwam als een redelijke verrassing. Dat de PvdA straks weer boven Jan is, weet ik 100% zeker.’ Mooie woorden om mee af te sluiten.


Onno van der Vlerk (1955) was bestuurslid en voorzitter van de afdelingen De Pijp, Oud Zuid en nu voor de stadsregio Amsterdam. Hij is lid sinds 1987. Hij is leermeester bij een reïntegratiebedrijf. Van der Vlerk wil algemeen bestuurslid worden. ‘Leden weer bij de partij betrekken.’

Dr. Gerrit Valk (1955) was 12 jaar kamerlid, gewestvoorzitter Noord Holland en wethouder in Bergen. Naast tientallen nevenfuncties in kunst en sport (o.a. voorzitter commissarissen voetbalclub AZ) is hij historicus en bekleedt hij veel internationale functies. Werd in 2002 geridderd. Promoveerde in 2004 op zijn voetbalclub AZ. Valk wil internationaal secretaris worden. ‘Er moet meer bevlogenheid en een denktank buitenland komen.’


Dit interview verscheen eerder in ‘De Provinciaal’, een blad van de PvdA Noord Holland.