In tijden van crisis géén SP
De internationale crisis op de financiële markten is ongekend. De beurskoersen dalen, de rente stijgt. De economische groei neemt af. Wat te doen? Politici moeten in tijden van crisis werken aan vertrouwen en het versterken van de economie. De Socialistische Partij daarentegen laat de Amsterdammer in de kou staan.
Deze partij is druk bezig een feestje te vieren op de overwinning op het kapitalisme. Echter, het kapitalisme is niet failliet of overwonnen, maar een aantal nadelen is van de economische studieboekjes verplaatst naar de praktijk en de levens van mensen. Dat is niet leuk: spaarders zijn onzeker over hun tegoeden en het uit- of afstellen van bedrijfsinvesteringen leidt vroeg of laat tot ontslagen en werkloosheid. Het ideologische feestje van de SP wordt dan ook gevierd over de ruggen van de mensen waar de partij zegt voor op te komen.
Veel verstandiger is het de economische structuur te versterken en aldus vertrouwen te herstellen. Als lokale politiek gaat het er niet zozeer om de vraag te stimuleren zoals Keynes bepleitte. Om de verdampte beurswaarde te compenseren zouden we de Amsterdamse begroting moeten verviervoudigen. De stad kan wel investeren in de economische structuur: de aanbodkant van de economie. Dit moet in economische goede én in slechte tijden. In Amsterdam staan we wat dit betreft voor drie grote uitdagingen, waar de SP niet thuis geeft.
Ten eerste Schiphol. Om de groei die noodzakelijk is voor het instandhouden van de mainportfunctie, heeft oud-minister Hans Alders een plan opgesteld waarachter zich zowel de luchtvaartsector, lokale overheden als vertegenwoordigers van bewonersorganisaties scharen. Door slimmer vliegen en het verplaatsen naar andere luchthavens van vluchten die niet noodzakelijk zijn voor het instandhouden van de mainportfunctie – denk aan vakantievluchten – is het mogelijk om aan alle belangen tegemoet te komen. Cruciaal hierbij is dat het rijk zich inspant voor het vergroten van het aantal vluchten in Lelystad en Eindhoven en dat de handhaving van de afspraken goed wordt geregeld in de wet. Ook de onlangs voorgestelde samenwerking met Parijs moet de mainport Schiphol versterken. De SP geeft op dit onderwerp niet thuis. De inspanning lijkt er met name op gericht feiten en fictie door elkaar te halen.
Ten tweede de haven. Nadat het rijk goede afspraken met Rotterdam heeft gemaakt over de Tweede Maasvlakte, is het nu de Amsterdamse haven die de aandacht vraagt. In de havenvisie van het Amsterdamse gemeentebestuur neemt de toegevoegde waarde toe met 2 miljard euro. De werkgelegenheid neemt toe met 15%. Groei gaat hand in hand met duurzaamheid en innovatie. Om dit mogelijk te maken is een rijksinvestering in de tweede zeesluis nodig. De huidige sluis is te klein voor de nieuwe schepen, te oud waardoor technische mankementen ontstaan en heeft bovendien te weinig capaciteit zodat filevorming van schepen toeneemt. Zowel de haven als de luchthaven bieden veel werkgelegenheid aan mensen met een lagere opleiding en leveren zo een bijdrage aan de mismatch op de arbeidsmarkt die met name in de grote steden een probleem is. De SP geeft ook op dit onderwerp niet thuis: het standpunt aangaande de nieuwe zeesluis gaat op en neer als eb en vloed en zij stemde tegen de havenvisie die de werkgelegenheid voor tienduizenden Amsterdammers zeker stelt.
Ten derde is het voor versterking van de economische structuur van belang dat stedelijke regio’s de concurrentie aankunnen met andere stedelijke regio’s op internationaal niveau. Dit kan door het versterken van lokale clusters en netwerken, zodat Amsterdam haar strategische positie kan versterken. Zo zorgt de stad er met het ‘Topstad’-programma voor dat de medische wetenschap versterkt wordt met een fonds voor ‘life science’-innnovaties. Goed voor de concurrentiepositie dus.
De SP geeft ook hier niet thuis, want zij stelt voor met dit programma te stoppen.
Overheden kunnen niet alle problemen oplossen. Maar we kunnen wel werken aan herstel van vertrouwen en versterking van de economische structuur. De SP geeft niet thuis en laat de Amsterdammer die vreest voor zijn baan en zijn inkomen keihard in de steek.