2 mei 2007

Hoe toegankelijk is het openbaar vervoer?

Gemeenteraadsleden ontvangen heel wat uitnodigingen. Maar deze keer kregen Hetti Willemse en ik wel een heel bijzondere uitnodiging van Rien Heukelom: of we eens een ritje met de IJtram willen maken, en daarbij onze fietsen mee willen nemen!

Op het Centraal Station worden we opgewacht door Rien en Dick van de Maat. Rien blijkt in een rolstoel te zitten, en Dick is aangewezen op het gebruik van een blinde geleidstok om zijn weg te vinden. Met z’n vieren zullen we die middag een experiment uit voeren: hoe toegankelijk is de IJ-tram voor gehandicapten en slechtzienden, en wat gebeurt er als er meer fietsers en rolstoelers mee willen dan wat kan of mag?

De tram laat gelukkig niet lang op zich wachten. Een bijzonder aardige en vriendelijke conductrice helpt Rien met behulp van een uitklapplaat die in de tramvloer is verzonken met zijn rolstoel in de tram. Dick scharrelt op eigen kracht naar binnen. Er is plaats voor twee fietsen, en Hetti en ik zetten die van ons wat onhandig in de daarvoor bestemde rekken. Ziezo, alle vier binnen dus we kunnen vertrekken. Maar nu kan de conductrice niet meer in haar cabine want de rolstoel verspert het deurtje. Met een beetje schuiven en duwen kan het cabinedeurtje toch nog open, maar we constateren dat de rolstoelplek eigenlijk te klein is. Een elektrische rolstoel kan in elk geval niet mee. Al met al heeft het een heleboel voeten in aarde. Zo is niet duidelijk wie voorrang heeft bij het instappen, de fietser of de rolstoeler. Staan er al fietsen in de tram dan kan de rolstoel er niet meer in, want de fietsen versperren dan de ingang. Gelukkig is het een rustige doordeweekse middag, maar hoe moet dit in de drukke spits verlopen?

Nadat we uitgestapt zijn op station Rietlandpark aanvaarden we de terugweg. Dick komt op dit station ondanks zijn blinde geleidstok ernstig in de problemen. De blindegeleidelijn op een van de perrons is halverwege afgedekt met platen! Op een andere plek ontbreekt de blindegeleidelijn helemaal. In plaats van naar de lift die naar het perron leidt, schuift Dick nu nietsvermoedend op een diep trapgat af! “Ho stop, niet doen”, roepen we, en houden hem gelukkig nog op tijd tegen. Dat was schrikken!

Als de tram arriveert, treffen we dit keer een conductrice die ongeïnteresseerd is en helemaal niet behulpzaam. Gelukkig zijn tram en perron hier gelijkvloer en kan Rien zich hier zelf naar binnen manoeuvreren. Maar Dick heeft een probleem want de tram stopt niet zo dat de blindegeleidelijn naar de ingang leidt. Gelukkig zijn we samen en zo kunnen we toch met zijn vieren de terugreis naar het CS aanvaarden.

Maar omdat onze fietsen en de rolstoel al in de tram staan, krijgt een mevrouw met kinderwagen die bij de volgende halte staat te wachten door de conductrice toegeblaft dat ze niet mee mag. Beteuterd blijft ze met haar kindje op het perron achter.

Op de eindhalte cs stappen we uit. Dat wil zeggen, Hetti, Dick en ik, en alle andere passagiers, behalve Rien! Hier zijn tram en perron niet gelijkvloers, maar de conductrice maakt geen aanstalten om hem met behulp van de uitklapplaat met zijn rolstoel uit te laten stappen. De deuren gaan weer dicht en de tram rijdt verder, met Rien er gewoon nog in, verbaasd door ons nagezwaaid!

Blijkt bij de volgende halte dat de conductrice van mening was dat Rien er wel zelfstandig uit kon. We kijken naar het hoogteverschil en bedenken dat hij dan net zo goed met zijn rolstoel kan gaan schansspringen!

Als we na deze reis met hindernissen en hachelijke momenten afscheid van de heren hebben genomen fietsen Hetti en ik beschaamd naar huis. Is dit onze stad? Is dit ons openbaar vervoer? Is dit onze dienstverlening aan de minder valide reiziger?

De goede wil is beslist aanwezig : het beleid van het GVB gaat uit van 100% toegankelijkheid. Desondanks mankeert er nog veel aan de uitvoering. Wij kunnen niet anders constateren dan dat het weliswaar beleid is, maar dat het in de praktijk nog lang niet bij iedereen “tussen de oren zit”. .

Wij weten dat het beter kan. Enkele weken geleden waren we met de raadscommissie Verkeer en Volkshuisvesting op werkbezoek in Madrid en Barcelona.

In tram en metro, op perron en station, maar ook in en om openbare gebouwen, alles is is gewoon toegankelijk voor minder validen, en dat staat ook duidelijk aangegeven. Met simpele zaken.

Waarom loopt Nederland in vergelijking met landen als Spanje of de VS achter op dit terrein? Waarom zit toegankelijkheid van het openbaar vervoer bij ons nog niet gewoon ‘tussen de oren’? Waarom koopt een bedrijf als de NS anno 2007 tachtig nieuwe treinen die niet toegankelijk zijn voor rolstoelers?

De PvdA vindt dat iedereen mee moet kunnen doen in deze samenleving. Een lichamelijke beperking mag daarvoor natuurlijk nooit een beletsel zijn. Het openbaar vervoer, woningen, en openbare gebouwen moeten gewoon voor iedereen toegankelijk zijn. Ook als je zoals dat heet een ‘lastig lichaam’ hebt.

Hetti en ik zullen daarom namens de PvdA nog voor de zomer met voorstellen komen om in Amsterdam een noodzakelijke inhaalslag te maken. Onze tocht met de IJ-tram – en een paar dagen later ook nog met de NS – heeft ons in elk geval overtuigd dat dit in het openbaar vervoer hard nodig is! En daarbij laten wij ons niet wegblazen met het argument “dat gaat toch veel te veel kosten”. Wij hebben voldoende voorbeelden uit het buitenland dat het simpel en doordacht kan!