17 mei 2008

De overheid kan niet rekenen

Kostenoverschrijdingen zijn aan de orde van de dag. De afvalenergiecentrale, de Noord-Zuidlijn, de betuwelijn. Ze zijn allemaal duurder dan begroot. Maar ook de kinderopvang is verkeerd berekend; veel meer mensen maken gebruik van de kinderopvang dan men verwacht had. Kan de overheid wel rekenen, is de vraag die zich opdringt

Staf Depla, Kamerlid voor de PvdA: ‘De overheid kan heel goed rekenen. Maar wat uit onderzoek van de commissie Duivesteijn al bleek, rekent de overheid vaak te optimistisch. Helaas staat de overheid daar niet alleen in. Uit dat onderzoek bleek dat dit fenomeen ook bij particulieren die grote complexe bouwwerken bouwen veelvuldig voorkomt. Bij de overheid komt het vaker voor. Oorzaak is dat bij de start onvoldoende de inpassing van projecten mee wordt genomen. En gemeenteraden en parlementen moeten worden overtuigd dat het binnen het budget past. Dan wordt er te veel naar de uitkomst toegerekend. En als je dan eenmaal bezig bent, blijken de posten onvoorzien toch te mager zijn vastgesteld. Want de Noord-Zuidlijn is en blijft een complex project.’

Paul Tang, Kamerlid voor de PvdA (financieel woordvoerder): ‘Het is waar: bij de overheid, maar ook bij bedrijven is de beste manier om een project van de grond te krijgen om de baten zo hoog mogelijk voor te stellen en de kosten zo laag mogelijk. Als een project eenmaal van de grond is, wordt het niet meer afgeschoten. Daarom is het van groot belang dat er onafhankelijke en kritische beoordeling van projecten is, die onderschatte kosten, opgeblazen baten en verborgen risico’s aan het licht brengen. Dat verantwoordelijke politici voorbijgangers zijn, maakt het probleem bij overheden mogelijk groter. Kunnen we Geert Dales nog ter verantwoording roepen voor de tegenvallers bij de NZ-lijn? Of Joop Wijn voor de chaos met de ICT bij de toeslagen?’

Jan Paternotte, duo-raadslid voor D66: ‘Als de ´liability´ standaard bij de overheid blijft liggen, is er voor marktpartijen geen stimulans om een meer realistische business case te maken. Dat overheden zelf vaak te weinig kennis in huis hebben om juiste inschattingen te maken, is bekend. Niet voor niets worden er jaarlijks grote ´eenheden´ externe kennis ingehuurd. In principe is dat ook niet erg. Zaak is wel dat er dan een goede externe ´audit´ plaatsvindt. Het inhuren van niet alleen een uitvoerder, maar ook de best mogelijke externe audit op offertes moet gemeengoed worden. Daarnaast moet een standaard-risicospreiding (zoals nu bij de Zuidas het geval is) eveneens door het bestuur worden afgedwongen. Dromen over grote werken is goed, mits met beide benen op de grond.’

Clyde Moerlie, deelraadslid in Slotervaart: ‘Het is buitengewoon triest dat er zo makkelijk met publiek geld wordt gesmeten. De recente overschrijdingen geven aan dat de verantwoordelijke ambtenaren niet in staat zijn miljoenenprojecten te plannen en controleren. Daarnaast zijn we niet bij machte de uitvoerders van onze projecten mee te laten betalen voor overschrijdingen en zetten we te snel onze handtekening onder een contract dat mooi is omlijst, maar inhoudelijk te kort komt. Probleem is dat de deskundigen die dit allemaal wel goed kunnen beoordelen niet bij de overheid werken. Om kostenoverschrijdingen in de hand te houden, zou het daarom een goede zaak zijn als de overheid meer en continue investeert in haar eigen mensen die miljoenenprojecten kunnen managen.’

Jelle Menges, secretaris van de Amsterdamse Jonge Socialisten: ‘Bestuurders moeten een besluit verkopen aan de controlerende macht. De controlerende macht zal erg kritisch zijn en goed opletten of de kosten niet hoger zijn dan de baten. Door de grote druk van de controlerende macht hebben bestuurders, volgens mij onbewust, de neiging de zaken positiever voor te stellen dan ze zijn. Factoren die kunnen zorgen voor kostenoverschrijdingen, zullen over het hoofd worden gezien waardoor de begroting lager uitvalt. Op die manier kunnen ze hun plan beter verkopen aan de controlerende macht.’

Michiel Mulder, PvdA raadslid in Amsterdam: ‘Een Deense econoom heeft onlangs een onderzoek gedaan naar kostenoverschrijdingen van grote infrastructurele projecten in de hele wereld, door de eeuwen heen. Hij berekende dat de kosten gemiddeld de helft hoger werden dan de raming en de opbrengsten de helft lager. Het Suez kanaal was vermoedelijk nooit aangelegd als de berekeningen van tevoren goed waren gemaakt, concludeerde hij. Inmiddels is er veel onderzoek gedaan naar recente kostenoverschrijdingen van bijvoorbeeld de Betuwelijn, maar ook de Noord-Zuidlijn. Een belangrijke les hieruit is bijvoorbeeld dat de ‘scope’ van het project voortdurend verandert: er worden gedurende de rit steeds meer beleidswensen ingevoegd. Deze week heeft de raad nog een amendement van de PvdA aanvaard om helder te maken dat scopewijzigingen niet zonder tussenkomst van de gemeenteraad kunnen plaatsvinden en dus niet sluipenderwijs erin gefietst kunnen worden. Tevens is op initiatief van de PvdA een ‘regeling grote projecten’ en een ‘regeling kredieten’ aanvaard die een meer disciplinerende werking beogen waardoor kostenoverschrijdingen gereduceerd worden. Een andere les is onmiskenbaar het planoptimisme. Daar komt ook een deel van de hogere ‘kosten’ voor de NoordZuidlijn vandaan: feitelijk gaat het voor een groot deel niet om daadwerkelijke kosten maar een meer realistische inschatting van risico’s. Overigens is het niet zo dat elk project boven het budget loopt. Bij voorbeeld de aanleg van de metrolijn oost werd ver beneden het budget gerealiseerd.’

Door Marcel Duyvestijn