De nieuwe wind van La Rose
In 1987 was hij voorzitter van de kandidaatstellingscommissie van de PvdA voor de eerste verkiezingen in het nieuwe stadsdeel. Ruim twintig jaar later is Marcel la Rose (58) na een turbulente ledenvergadering zelf aangewezen als lijsttrekker van de partij, en daarmee waarschijnlijk ook als de nieuwe stadsdeelvoorzitter van Zuidoost voor de komende vier jaar.
Een nieuwkomer is La Rose dus niet, maar nieuw is wel zijn plaats in de spotlights. Als bestuurder en lid van een indrukwekkend aantal organisaties, variërend van het Augustinus College en de NV Werk tot de Amsterdamse Raad voor de Stadsontwikkeling en de dans- en musicalopleiding van Lucia Marthas, opereerde hij tot nog toe bij voorkeur op de achtergrond.
La Rose, getrouwd, vier kinderen, zelf geboren in Paramaribo, streek eind jaren zeventig neer in de Bijlmer, toen nog een broeinest van armoede, drugshandel en criminaliteit. La Rose werd directeur van het Surinaamse jongerencentrum Kwakoe. Hij regelde een nieuw onderkomen en legde de basis voor de professionalisering van het Kwakoe Festival, dat van een zomers voetbaltoernooi was uitgegroeid tot een drukbezocht evenement.
In 1991 werd La Rose voorzitter van de Bedrijvenvereniging Amsterdam Zuidoost, verantwoordelijk voor het reilen en zeilen op het bedrijventerrein Amstel III. Hij was zes jaar projectleider van het Arena Initiatief, een ambitieus plan van overheid, bedrijfsleven, onderwijs en maatschappelijke instellingen met als doel de arme kant van Zuidoost te laten profiteren van de bedrijvigheid aan de andere kant van het spoor.
De afgelopen jaren was La Rose actief als consultant. Hij werd onlangs nog ingeschakeld door het stadsdeel om een ruzie te beslechten tussen de drie voetbalverenigingen die samen het sportcomplex in het nieuwe Bijlmerpark moeten gebruiken. Ondernemen zit hem in het bloed: dit voorjaar deed hij een succesvolle proef met de import per vliegtuig van verse, duurzaam gekweekte garnalen uit Suriname.
Zijn zakelijke beslommeringen betekenden nog bijna het einde van een prille politieke carrière. Het afdelingsbestuur van de PvdA maakte zich zorgen over een mogelijke belangenverstrengeling en wilde niet dat La Rose zich kandidaat stelde voor het lijsttrekkerschap. Het landelijk bestuur stelde vast dat er geen reden was in te grijpen.
In de aanloop naar de beslissende ledenvergadering presenteerde La Rose zich als de kandidaat van de vernieuwing en de verandering. Hij beschouwt scholing en arbeid als de beste wapens tegen de armoede in Zuidoost. Dat lijkt een breuk met het verleden, waarbij de aandacht van het bestuur zich vooral richtte op het welzijnswerk voor de verschillende groepen in de Bijlmer.