5 oktober 2009

Beantwoording vragen dumpen afval Ghana

Op 12 augustus 2008 stelde de PvdA gemeenteraadsfractie schriftelijke vragen over de mogelijke rol die Amsterdam speelt bij het dumpen van elektronisch afval in Ghana. In een Greenpeace onderzoek naar illegale dump van elektronica in Ghana werd de haven van Amsterdam genoemd als een van de uitvoerhavens. Deze vragen werden vorige week beantwoord.

Op 5 augustus 2008 presenteerde Greenpeace de uitkomsten van een onderzoek naar de illegale dump van afgedankte Westerse elektronica vol gevaarlijke stoffen in Ghana. In bodem- en slibmonsters vond Greenpeace grote hoeveelheden schadelijke stoffen waaronder lood, weekmakers en dioxines. Maar liefst 79 procent van de afgedankte apparaten die Ghana binnenkomen, komt uit West-Europa. Een groot deel daarvan komt uit Nederland.

Aangezien de export van gevaarlijk afval naar ontwikkelingslanden illegaal is, worden de spullen verscheept als tweedehands apparaten. Maar bij aankomst blijkt het merendeel van de apparaten toch kapot en gaat direct naar de sloop.
Volgens Greenpeace is deze illegale dump mogelijk omdat het Nederlandse inzamelsysteem ‘zo lek is als een mandje.’ Eerder dit jaar bleek dat maar 15 procent van de afgedankte ICT-apparatuur en bruingoed aantoonbaar bij erkende recyclingbedrijven terechtkomt. Van de rest belandt een deel bij het huisvuil, een ander deel wordt geëxporteerd naar ontwikkelingslanden zoals Ghana.

Tijdens steekproeven in de haven van Accra zag Greenpeace steevast containers met afgedankte elektronica uit Nederland binnenkomen. In het onderzoek worden zowel Amsterdam als Rotterdam genoemd als uitvoerhavens van elektronisch afval. Ook werd er elektronisch afval aangetroffen van een Amsterdams bedrijf dat niet langer actief is.

Gezien het vorenstaande hebben vragenstellers op 8 augustus 2008, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 42 van het op voornoemde datum geldende Reglement van Orde voor de gemeenteraad, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht:

1. Kent het college het onderzoek dat Greenpeace heeft verricht naar het dumpen van afgedankt en giftig elektronisch afval in Ghana?

Antwoord:
Ja. Het onderzoeksrapport van Greenpeace is bekend en (nog steeds) te downloaden. Zie bijlage.

2. Weet het college of het probleem dat geschetst wordt in dit krantenartikel ook voor de gemeente Amsterdam opgaat? Zo ja, van welke aard en in welke omvang?

Antwoord:
Nee. Het College onderkent het landelijke probleem van een systeem dat niet waterdicht is voor wat betreft het inzamelen van kapotte apparaten waarvoor de producenten verantwoordelijk zijn. Er verdwijnt nog teveel apparaten in de vuilniszak of in handen van handelaren. Zoals in de inleiding beschreven wordt in Am¬sterdam al langer (voorlichtings) inspanningen verricht om dit aan te pakken richting de consumenten en richting de producenten en detaillisten.

3. Is het college op de hoogte van afspraken tussen stad, stadsdelen en verwerkingsbedrijven over verwijdering en verwerking van elektronisch afval?

Antwoord:
Ja. Zie de ‘Algemene Toelichting’: de afspraken zijn helder en contractueel vastgelegd.

4. Is het college op de hoogte van de levering van elektronisch afval aan derden, anders dan erkende recyclingbedrijven? Zo ja, heeft het college enig inzicht in de omvang van het aantal elektronische goederen dat wordt aangeboden aan niet erkende recyclingbedrijven, en wat er vervolgens met dit afval gebeurt?

Antwoord:
Nee. Voor alle duidelijkheid al het aangeboden electr(on)isch afval bij de Afvalpunten (of enkele met het Afvalpunt samenwerkende buurtinzamelpunten ) gaat via het Regionaal SorteerCentrum naar erkende verwerkers en recyclebedrijven in opdracht van het NVMP. Handel buiten dit systeem om is het landelijk probleem. Zoals in de inleiding beschreven, verrichten de stadsdelen i.s.m. het AEB inspanningen om dit aan te pakken.

5. In het rapport wordt Amsterdam genoemd als een van de Nederlandse uitvoerhavens van elektronisch afval naar Ghana. Is het college hiervan op de hoogte? En zo ja, wat heeft het college gedaan om hier tegen op te treden? Zo nee, is het college bereid aanvullend onderzoek te doen naar de rol van de gemeente Amsterdam in deze?

Antwoord:
Het college is op de hoogte van de export van goederen van Amsterdam richting Ghana zoals autobussen, auto’s, oud papier, 2e hands apparaten zoals computers. Het college is niet bekend met het feit, dat deze goederen onder deze noemer als illegaal afval zouden worden verscheept. De export van goederen vanuit de Amsterdamse Haven en de naleving op de EVOA-regelgeving wordt streng gecontroleerd door de VROM-inspectie, in samenwerking met de douane en de KLPD.

6. Is het college bereid strenger op te treden tegen een dergelijke vorm van dumping vanuit de Amsterdamse haven?

Antwoord:
In het kader van het landelijke project vernieuwing Toezicht wordt het toezicht in de zeehavens op de schepen en de lading gestroomlijnd. De samenwerking, informatieuitwisseling en het risicogestuurd toezicht zal in 2010 verder geprofessionaliseerd worden. Op dit moment wordt het bevoegde gezag (VROM-inspectie) reeds door Haven Amsterdam en de DMB bij verdenkingen van vermoedelijke misstanden ingelicht. Door een verdere ontwikkeling van een gezamenlijke risicoanalyse voor de geïmporteerde en geëxporteerde lading zullen misstanden eerder aan het licht moeten komen.