Afscheidstoespraak Tjeerd Herrema in de Gemeente Raad
Van optimisme naar realisme. Dit was mijn analyse van de gezondheid van het project NoordZuidLijn toen ik in 2006 bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het project kreeg.
Ik ben niet als dom blondje in het project gestapt. Er lagen grote bestuurlijke opgaven. Nieuwe contracten, veiligheidsvraagstukken met de Bovengrondse, professioneel risicomanagement, de moeilijke relatie met bewoners en ondernemers en de vechtrelatie met aannemers.
Wetende dat het vooral een slecht nieuws gesprek met de stad zou worden, ben ik aan de klus begonnen. In het belang van het project en de stad was meer realisme en risicobewustzijn absoluut noodzakelijk. Ook de verhoudingen met bewoners en aannemers dienden verbeterd te worden.
Dit realisme heeft de afgelopen jaren geleid tot forse vertraging en honderden miljoenen meerkosten. Op basis van de laatste prognose is het einde daarvan nog niet in zicht.
Daarmee is de geloofwaardigheid van het project in het geding, om maar met de woorden van de burgemeester te spreken.
Het raakt ook de geloofwaardigheid van het politiek handelen toen en nu. Gebleken is dat de aannames bij het startbesluit weinig realistisch waren. Met forse overschrijdingen die de gebruikelijke risico’s bij grote projecten overstijgen. Ook de twee verzakkingen leiden tot meer kosten en vertraging.
Over de geboorte van het project en de uitvoering daarna zal een raadsenquêtecommissie zich buigen. Of de raad bij haar startbesluit alle relevante informatie heeft gekregen zal dan moeten blijken. Het is aan de raadsenquêtecommissie om hierover uitspraken te doen. Uiteraard zal ik mijn kennis en kunde daarvoor beschikbaar stellen.
De afgelopen maanden groeide ook mijn overtuiging dat de stad, maar ook het projectbureau nog niet klaar zijn voor het ingrijpende boorproces. Zowel de voorbereiding op de uitvoering, als de communicatie over de risico’s, dienen beter georganiseerd te worden. De afschuwelijke gebeurtenissen in Keulen onderstrepen nogmaals de keiharde noodzaak hiertoe. Ook deze conclusie leidt echter weer tot verdere vertraging en kostenoverschrijding. Tijd die absoluut noodzakelijk is.
Deze uitkomst van meer realisme en verantwoord verder valt onder mijn bestuurlijke verantwoordelijkheid.
Nu de Ombudsman het proces van herstart Vijzelgracht als zorgvuldig kwalificeert, is mij bestuurlijk persoonlijk niet veel aan te rekenen. Feit blijft wel dat ik verantwoordelijkheid draag voor de uitvoering en de daarbij gemaakte fouten. Ook foutieve aannames uit het verleden vallen onder deze politieke verantwoordelijkheid.
Als geboren Fries uit een gereformeerd gezin is eigen verantwoordelijkheid mij als moedermelk bijgebracht. Een sorrycultuur rond de NoordZuidLijn past niet in mijn bestuursstijl en doet afbreuk aan de politieke geloofwaardigheid.
Volgens sommigen is mijn keuze een te strenge uitleg van politieke verantwoordelijkheid, of de Carrington-doctrine voor zover die bestaat. Ik deel die mening niet. Wanneer een project zodanig uit de hand loopt en weinig van het begin-denken werkelijkheid wordt, is de geloofwaardigheid in het geding. Niet alleen van het project zelf, maar ook van het politieke handelen. De sorry-cultuur is niet mijn opvatting van waar de politiek bij dit project over zou moeten gaan. Verantwoording afleggen en consequenties daaruit trekken wel.
Er staan dit jaar lastige afwegingen rond de NoordZuidLijn op de agenda. Verantwoord afmaken lijkt me ook dan het motto. En misschien helpt hierbij de spreuk: Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan!
Je zou bijna vergeten dat mijn portefeuille uit meer dan de NoordZuidLijn bestond. In wil een paar resultaten noemen waar ik trots op ben:
- Vervoer: ondermeer de overeenkomst over de wegverbreding A6-A9 en A10, OV Saal, betaald rijden, het opknappen van de metro, bestellen van nieuwe metro’s en natuurlijk de aanpak van die schatten van Amsterdamse taxichauffeurs.
- Dienstverlening met de Burgerservicecode.
- Monumenten met de Unesco-voordracht, het Amsterdams Restauratiefond en de 2 kanjerprojecten: de Oude Kerk en de Portugees Israëlische Synagoge.
- Wonen met de overeenkomst Bouwen aan de stad met de corporaties. De Parkstaddeal die de stedelijke vernieuwing een socialer en meer op de bewoners gericht gezicht heeft gegeven. En de wijkaanpak waardoor vele miljoenen extra in de Amsterdamse wijken worden gestoken, met veel ruimte voor bewonersinitiatieven
Ik was nog niet klaar met Amsterdam. En uit de vele reacties uit alle hoeken van mijn portefeuille blijkt dat ook vele bewoners en organisaties nog niet klaar met mij waren. Toch scheiden nu onze wegen door het project dat diepe sporen in de stad trekt.
Ik dank het college voor de collegiale samenwerking in de afgelopen jaren.
Ik dank de commissie en de raad voor het in mij gestelde vertrouwen en de constructieve wijze van (samen)werken.
Dank aan het personeel van de gemeente voor alle ondersteunende werkzaamheden in welke vorm dan ook. Het verschil wordt gemaakt in de uitvoering.
Speciaal dank aan mijn directe team Marloes en Anneke.
Ik dank de stad dat ik haar de afgelopen jaren met lef en liefde heb mogen dienen.