Geld voor kunst en cultuur

In de gemeenteraad van 17 en 18 december zijn de vierjarige subsidies voor kunst en cultuur, het zogenaamde Kunstenplan, vastgesteld. Woordvoerder Anne Graumans zet uiteen hoe bepaalde keuzes tot stand zijn gekomen. Lees hier een samenvatting van haar bijdrage:

‘De PvdA kiest in het Kunstenplan voor de Amsterdammer. Het ideaal van de PvdA is dat elke bewoner zich verbonden voelt met de stad, en een aandeel heeft in de cultuur van de stad en daar ook aan bijdraagt, erdoor geprikkeld kan worden of kippenvel krijgt.

In de zomer van 2007 stelden we vier ambities vast voor het Kunstenplan: wereldklasse, talentontwikkeling, laboratorium en prachtstad. Volgens goed gebruik geeft de Amsterdamse Kunstraad advies over de ruim 200 aanvragen. Het uiteindelijke advies verraste ons. De Kunstraad stelde dat zij eigenlijk niets met de ambitie ‘Prachtstad’ kon.

Want daar kunnen wij als PvdA namelijk wel heel veel mee.

Er zijn namelijk veel instellingen die kwalitatief goed cultureel aanbod maken of presenteren en gehuisvest zijn in de stadsdelen of festivals organiseren in parken. De PvdA vindt het belangrijk dat deze culturele instellingen, die duizenden Amsterdammers bereiken, kunnen groeien en kunnen schitteren in de stad.

Ten tweede zijn er de resultaten van de quickscan van LA Group naar diversiteit in het kunstenplan. Uit de quickscan blijkt dat cultureel diverse cultuurinstellingen maar een fractie (4%) van de structurele subsidies ontvangen die de gemeente Amsterdam verstrekt aan cultuurinstellingen en dat dat percentage elke vier jaar maar mondjesmaat stijgt. En het is niet zo, dat ze er niet zijn. Er zijn steeds meer aanvragen van culturele diverse instellingen (van 16 gestegen naar 42) maar ze vragen relatief lage bedragen aan en een relatief gering deel van het aangevraagde bedrag wordt toegekend. Dit terwijl Amsterdam een cultureel diverse stad bij uitstek is.

Waar de Kunstraad constateerde dat culturele diversiteit geen issue meer is bij instellingen en dat het incorporeren van culturele diversiteit in het eigen beleid van instellingen ook te wensen overlaat, laat de PvdA het daar niet bij. De PvdA heeft een amendement ingediend waarin we voorstellen een aantal instellingen voor een groter bedrag op te nemen in het Kunstenplan. Het gaat hier om het Amsterdam Roots festival, Africa in the Picture, Urban Myth, Likeminds, Stichting Taalvorming, het Leerorkest en het Vondelpark Openlucht Theater. Zij hebben bewezen kwalitatief goed bezig te zijn en mensen te bereiken. Wij willen een extra impuls zodat we over vier jaar niet een soortgelijke opmerking over culturele diversiteit lezen in de inleiding van het advies van de Kunstraad.

Het amendement sterkt het voorstel van het College. De inzet van het college om NedPhoGo, Aslan, Podium Mozaiek en een groot aantal andere clubs te ondersteunen, bevestigt dat cultureel aandeelhouderschap van alle Amsterdammers prioriteit heeft bij de wethouder.

In het amendement 680 accent zijn ook opgenomen Robodock, Felix Meritis, het Theaterfestival en de Sugar Factory.

Vanaf het begin van de behandeling van het Kunstenplan is er discussie geweest over de zogenaamde groep van acht. Acht culturele instellingen die door de Kunstraad positief werden beoordeeld maar door het College niet zijn opgenomen in het concept kunstenplan. Wij hebben daar – net zoals de andere fracties in de Raad – een probleem mee en steunen daarom het amendement om het voorstel van het College niet over te nemen en de club van acht voor 100% subsidie toe te kennen.

Dit maakt het echter voor ons als Raad wel lastig. De dekking voor de club van 8 bedraagt namelijk ruim 9 ton en gecombineerd met amendement 680-accent is dat een totaal bedrag van 1,6 miljoen dat wij herbestemmen. Wij hebben ervoor gekozen om in de extra middelen voor het kunstenplan te schuiven. Dat is de ruim 4 miljoen die later zijn toegevoegd en door het college is verdeeld. De clubs die bereik, talentontwikkeling en diversiteit succesvol inhoud geven, hebben we daarbij zoveel mogelijk willen sparen.

In Wereldklasse hebben we dekking gezocht. Het geld dat beschikbaar werd gesteld voor huur in het geval van Asko Schonberg, het extra geld voor het Holland Festival en een kleine kaasschaaf van 10.000 euro ieder van de andere vijf wereldklasse instellingen. We hebben ook moeten snijden in laboratorium. Al met al is het een lang amendement geworden.

Tot slot steunt de PvdA een motie van de SP om te onderzoeken hoe het muziekonderwijs weer bij het onderwijs hoort. Ook steunen we de motie van GroenLinks om het Amsterdams Fonds voor de Kunst te laten starten met trajectsubsidies voor culturele instellingen.’

In de bijlage het amendement over de het Kunstenplan voor de komende vier jaar.