Burgerschap
In 2020 is er sprake van modern burgerschap: autonomie en zelfbeschikking zijn belangrijke begrippen gebleven, maar er is meer balans ontstaan tussen geven en nemen tussen burger en overheid, tussen privé-verlangens en collectieve noodzaak.
Een oudere is in 2020 vooral een burger, met daarnaast als extra’s kwaliteiten als ervaring, kennis en tijd. Ouderen in de 3e levensfase zetten die kwaliteiten ook in voor hun omgeving: zij nemen actief deel aan het vinden van oplossingen in hun netwerken en zijn daarin belangrijk. Zij bieden hun tijd, kennis en vaardigheden ook aan. Zij zijn vaker de expert, de adviseur, die kennis inbrengt, de persoon die een besluitvormingsroute, al dan niet in de vorm van een conferentie, faciliteert. Ouderen in de 4e levensfase zullen, net als mensen in de 1e en 2e levensfase, vaker gebruik maken van netwerken en lokale steunstructuren waarin kwesties die hen betreffen, opgelost worden en waarvoor een richting bepaald moet worden. In die zin nemen ouderen in 2020 niet een andere plaats in dan anderen.
De aandacht die begin 21e eeuw is gegeven aan sociale cohesie en burgerschap door burgers verantwoordelijk te maken voor het inrichten van hun leefomgeving is daarbij belangrijk gebleken. Mensen leiden hun eigen leven, maar voelen zich bij hun omgeving betrokken. Ze worden daarop ook voortdurend aangesproken doordat belangrijke zaken voor de eigen buurt aan de orde komen en men daar in principe ook een verantwoordelijkheid en taak in heeft. Burgers bedenken zelf, met elkaar wat er nodig is voor wijk, buurt, straat of huishouden, steken daarbij zelf de handen uit de mouwen en geven aan waarbij er externe hulp nodig is. De overheid denkt mee in de door burgers bedachte richting en is flexibel in het creatief aansluiten daarbij.
“Mensen hebben mensen nodig, niemand redt het in zijn eentje”, was de boodschap waarmee een omslag in denken werd bereikt. Met het inzetten van Eigen Kracht-conferenties in 2000 kregen mensen de kans om, gesteund door mensen die bij hen betrokken zijn, bij hen horen, een plan te maken voor de oplossing die hen het beste past. Deze wijze van besluitvorming werd aanvankelijk ingezet voor mensen die een beroep deden op algemene voorzieningen, maar het maken van een eigen plan met eigen mensen is inmiddels een recht voor burgers geworden. De meeste burgers geven zelf vorm aan het maken van zo’n plan. Een Eigen Kracht-conferentie is vooral nodig als blijkt dat mensen geen verbinding hebben met mensen in hun omgeving, als er veel ruzie is geweest, of als ze geen steun voelen van mensen om zich heen. In die situaties wordt een onafhankelijke coördinator gevraagd om het proces van oplossingen bedenken en draagvlak uit de eigen omgeving daarvoor creëren te faciliteren.
Plannen die burgers op deze wijze maken worden uitgevoerd door henzelf: waar er faciliteiten nodig blijken te zijn die zij niet zelf kunnen bieden, kan er een beroep gedaan worden op middelen die door de overheid beschikbaar gesteld worden. Burgers geven op die wijze zelf hun omgeving vorm.
Dit ging niet vanzelf: mensen moesten leren samen plannen te maken en er voor te zorgen dat ze uitgevoerd worden ook. Maar steeds meer mensen begrepen dat je op die wijze zelf meer invloed hebt op je leven, en niet moet wachten op wat een overheid voor je doet. Zo ontstonden er allerlei vormen van bijeenkomsten, waar problemen samen werden opgelost door een plan te maken. Echt Recht-conferenties en Alle Hens-conferenties.zijn middelen die beschikbaar zijn voor burgers om herstelplannen te maken voor wandaden. Het aardige is dat de sturende krachten in deze wijze van oplossen van problemen binnen gemeenschappen (buurt, wijk, school) vooral ouderen zijn. Opeens hebben ze in de samenleving weer een traditionele plek gekregen: de raad van wijzen, die hun ervaring benutten om ervoor te zorgen dat mensen samen hun problemen oplossen.
De veiligheid in buurten en wijken is onder andere daarmee vergroot en isolement verminderd. Ieder draagt een steentje bij aan het maatschappelijk fundament: van elke burger wordt een bijdrage verwacht aan de samenleving, een vorm van belasting betalen in natura, die ook jaarlijks wordt geïnventariseerd. Hiermee is een deel van het bureaucratisch zorgstelsel ontmanteld. Zorg wordt in de eigen omgeving geboden op een wijze die gewenst is en door mensen die deze zorg ook graag bieden en kunnen bieden. Daarnaast kunnen diensten van helpers worden ingekocht; toezicht daarop vindt plaats door burgers.
Misstanden zoals in het begin van de eeuw in verpleeghuizen zijn verleden tijd. Ouderen wonen zoveel mogelijk volgens hun wens in hun buurt, met de hulp die daarbij nodig is. Ze dragen bij wat zij zelf kunnen (in en om hun verblijfplaats) en houden de noodzakelijke contacten binnen hun sociale omgeving. Experimenten zoals in Trynwalden gestart in 2000 en Humanitas wonen Rotterdam zijn overal ingevoerd. Mensen wonen met elkaar in kleinere eenheden en kwaliteit van leven staat centraal. Evenals de verbinding met je omgeving.
Waar in 2000 een ketenaanpak (instellingen werken samen aan een plan en hebben afspraken over de regievoering gemaakt) nog centraal stond, is de regie in 2020 in handen van de betrokkene en zijn of haar directe omgeving op individueel, netwerk-, straat-, buurt- of wijkniveau. Zij geven daarmee ook sturing aan diensten die eventueel ingekocht moeten worden. De overheid koopt vooral in wat gevraagd en nodig is en houdt middelen beschikbaar om op maat te kunnen benutten. Marktwerking in optima forma, maar anders dan men in 2005 inschatte. Toen verwachtte men dat de concurrentie tussen zorgaanbieders zou maken dat de inkoopsprijs voor de overheid lager en de kwaliteit hoger zou worden. Nu betekent marktwerking dat diensten geboden worden op de maat van de vrager. De overheid volgt hierin meer de sturing van de burger, doordat meer en preciezer zichtbaar is wat de burger zelf vraagt.
Wat wel anders geworden is in 2020: de opleiding en de taak van professionals. Zij worden nu denkers en helpers genoemd. Hun belangrijkste taak is mensen activeren om samen met anderen te leven en te werken in samenhang en samenspraak. Zij bieden de diensten die gevraagd worden volgens plan. De burger en zijn netwerk zijn opdrachtgever en evalueren en beoordelen de hulp en de helper regelmatig. Belangrijke leidraad is daarbij de wijze waarop de helper zijn diensten levert: aansluitend, respectvol en in overleg met andere betrokkenen uit de omgeving.
De samenleving is zo opgebouwd dat iedereen deelneemt: kind, jongere, volwassene, oudere. Ieders inbreng wordt verwacht en is noodzakelijk. Met beperkingen die men heeft, tijdelijk of blijvend, wordt rekening gehouden. Een ieder heeft het recht op volwaardige deelname aan de samenleving, maar ook de plicht om daar zelf actief aan deel te nemen. Iedereen heeft ook de mogelijkheid om naast werk uitvoering te geven aan zijn burgerplicht als het gaat om zorg voor anderen in de naaste omgeving. Het is geen verzwaring van het pakket maar wordt meegewogen in het pakket van elke burger.
Van 2008 tot 2020 betekent dit:
Investeren in sociale cohesie: voortgaan met burgerjury’s, initiatieven van burgers serieus nemen en hen assisteren bij de uitvoering daarvan en waar nodig faciliteren. Minder macht bij instellingen als het gaat om bepalen wat er nodig is, maar meer aansluiten bij de wensen van burgers als het gaat om gewenste zorg en hulp op maat. Conferenties kunnen daarbij behulpzaam zijn. Daarmee kunnen burgers hun onderlinge samenhang versterken, kwesties oplossen en wordt bovendien voor de overheid duidelijk waaraan behoefte is. Invoering van de burgertoets, dat wil zeggen navraag doen bij burgers: Is dit de hulp die u voor ogen had toen u om hulp kwam vragen?
Inzetten op andere competenties in de opleidingen voor dienst- en zorgverlening. Meer accent op bejegening, op houding en respect. Misschien zelfs wel kiezen voor een beroep in de zorg als tweede carrière, als men al eigen levenservaring heeft opgedaan en werkelijk kiest voor zorgen. Helpen als drive! Minder managers en meer input vanuit de praktijk en de gebruikers, als het om ontwikkelen van visie en beleid gaat. Meer handen uit de mouwen… klantenpanels en verantwoording in dialoog.
Lineke Joanknecht, Stichting Eigen Kracht
Wilt u een exemplaar van deze essaybundel bestellen? Stuur dan een e-mail naar [email protected] of bel 020-552 34 77.