Van de Zijlijn
Van de Zijlijn
Tijd voor wederopbouw
De PvdA-fractie en het afdelingsbestuur houden zich als kloosterlingen aan een ‘belofte van zwijgzaamheid’. Om te weten hoe het er in bestuurlijk Zuidoost voorstaat ben je dus aangewezen op Het Parool of websites van de buren. Zo meldde de VVD in Emile Jaensch een opvolger te hebben voor Zuidoost-DB’er Paul Litjens. Volgens de VVD droeg de PvdA ‘daar essentieel aan bij’ door een drietal in opspraak gekomen fractieleden buiten de deur te zetten. Is het goed voor de bestuurlijke verhoudingen dat de samenwerking tussen PvdA en VVD in stand blijft, het afscheid van het drietal is tegelijkertijd hoogst verdrietig. De drie waren meer dan brokkenpiloten, ze hebben zich in de afgelopen jaren verdienstelijk gemaakt voor fractie, afdeling en kiezer. Toch was het besluit onvermijdelijk. Om het vertrouwen van de Zuidoostbewoner te herwinnen moet de PvdA iedere schijn van belangenverstrengeling of particuliere bevoordeling van haar deelraadsleden ondubbelzinnig afwijzen. Dat is een minimumvoorwaarde om weer uit het moeras te raken.
Natuurlijk is de toestand van bijna permanente opspraak waarin de PvdA zich al meer dan een jaar bevindt rijkelijk absurd. De PvdA is in Zuidoost de sterkste partij, zij levert de stadsdeelvoorzitter, de meeste DB’ers en de grootste deelraadsfractie. Zo’n partij hoort toon en inhoud te bepalen van het politieke debat, met aandacht voor bestuurlijke successen en tegenvallers en voor prikkelende ideeën van fractie- en afdelingsleden. Mis poes! Wat de kolommen vult en over de tong gaat zijn misstappen van PvdA-bestuurders en fractieleden, of gedonder bij gesubsidieerde instellingen. Voor de buitenstaander is Zuidoost daardoor een bananenrepubliek vol slecht opgeruimde schillen: de ene PvdA’er heeft nog de nek niet gebroken of de volgende is alweer uitgegleden.
Sommige partijleden zien de negatieve publiciteit als onvermijdelijk want ‘goed nieuws is geen nieuws’, het Calimero-effect doet zich voor (‘ik ben klein en zij zijn groot en dat is toch echt gemeen’), de PvdA is ‘aangeschoten wild’ (jagers die bloed ruiken werpen zich gezamenlijk op de prooi), ‘media zijn racistisch’ (journalisten geloven dat de migrantpolitici zich als vanzelfsprekend schuldig maken aan cliëntelisme). De misère toeschrijven aan de boze buitenwereld is echter zinloos. Om uit het publicitaire moeras te raken is het nodig dat de bron voor zwartgallige berichtgeving opdroogt. En dat is het geval als de PvdA-bestuurders en vertegenwoordigers, hopelijk inmiddels wijs geworden, een besliste streep zetten onder het verleden en in de komende tijd iedere schijn van belangenverstrengeling of zelfbevoordeling vermijden. Als onze deelraadsleden dan ook nog eens investeren in contacten met bewoners en instellingen in Zuidoost en in een constructieve omgang met de oppositie, wordt ook in de deelraad (en op weblogs!) de ruimte voor gekanker kleiner en ontstaat daar een klimaat voor serieuzer polemiek. Zo eenvoudig is het eigenlijk om een eind te maken aan de ergernis van de Zuidoostbewoners over de PvdA en aan de gène van partijleden over hun partij.
Raakt de PvdA Zuidoost dus uit het moeras als onze DB’ers en deelraadsleden niet langer stomme fouten maken, er is heel wat meer nodig om het vertrouwen van de Zuidoostbewoners te heroveren er ervoor te zorgen dat PvdA’ers weer trots op de partij kunnen zijn. Daartoe moeten onze DB’ers tonen dat PvdA’ers in het deelraadsbestuur meerwaarde hebben, terwijl onze volksvertegenwoordigers de bestuurders waren nodig tegenspel leveren en zelf prikkelende ideeën naar voren brengen. En eigenlijk is het daarvoor ook van belang dat de PvdA-afdeling weer een plaats wordt waar het aangenaam toeven is omdat tijdens de bijeenkomsten belangrijke onderwerpen met verstand en wederzijds respect worden besproken.
Bij het moeilijke werk aan de wederopbouw van de PvdA Zuidoost kan het recente partijrapport van de Commissie Vreeman kan daarbij goede diensten bewijzen. Het zou daarom geen dwaas idee zijn om de elementen uit dat Rapport die voor de afdeling van betekenis kunnen zijn, op korte termijn op een afdelingsvergadering aan de orde te stellen.