14 februari 2007

Anton de Kom heeft een waardig monument

Een waardig monument voor Anton de Kom op een waardige plaats

Kunst – en dus ook kunst in het publieke domein – is van alle tijden en onverminderd in staat om de samenleving een spiegel voor te houden over haar gebruiken, tradities, sociaal maatschappelijke normen en waarden. Zo kan een kunstwerk of monument ons als beschouwer confronteren met de wijze waarop wij naar onszelf of naar de omgeving waarin we leven kijken. Je wordt aan het denken gezet over jezelf, de ander en de omgeving.
Echte kunst is duurzaam en dwingt de kijker met nieuwe ogen te kijken naar een alledaags normaal gegeven. Je wordt aangezet tot spirituele groei of het een herdenkingsmonument is of een puur abstract kunstwerk. Zie het nationaal monument op de Dam of de Joodse monumenten of het Amsterdamse beeld van Multatulli ( opgericht door het Multatulli genootschap). Het beeld of monument lijkt meerwaarde te krijgen, zeg maar te groeien, naar mate we in haar schaduw activiteiten ontplooien die in het teken staan van het bijbehorende gedachtegoed.

Op 6 februari jl. stond op de agenda van de commissie Welzijn de bespreking van de eindrapportage van ‘Het onderzoek naar de totstandkoming standbeeld Anton de Kom’. Voor de onthulling van het moment was al duidelijk dat de tegenstanders van het beeld van J. van Loon, er alles aan wilden doen om er vanaf te komen. Zij maakten duidelijk dat het beeld geen waardigheid toonde noch het gevoel van respect bij hen opriep wat hoorde bij Surinaams belangrijkste verzetsheld. De sociaal bewogen en politiek betrokken Anton de Kom die het tegen de koloniale machthebbers en later tegen de Duitse bezetters had opgenomen zou met onvoldoende égards zijn behandeld met de oprichting van het beeld. Terwijl de geest van Anton de Kom vooral voort leeft in zijn geschriften ( z.a.‘Wij slaven van Suriname’), de daden in het Nederlands verzet ( waar hij ook voor geëerd is) en in de overtuiging dat ieder mens gelijk is en niemand boven een ander staat, zien we twee en zestig jaar later een verenging optreden in het denken over deze held. Het gevoel van verwantschap, broederschap en eenheid leek moeilijk te verenigen met de meningen die in de Raadszaal door de tegenstanders werden verkondigd.

Het broeide in het stadsdeel en de aankondiging van een vijftal insprekers op dit agendapunt verhoogde de spanning zichtbaar bij het publiek, de raadsleden en het DB. Voor- en tegenstanders wierpen weliswaar hun eigen licht op de kwestie maar allen waren ervan overtuigd dat – gelet op de complexiteit van dit dossier – het met zorgvuldigheid en bedachtzaamheid moest worden behandeld. De opdracht voor het onderzoek was overeenkomstige deze norm; de onderzoekster werd instaat gesteld om zelfstandig tot een oordeel te komen. De zelfstandigheid en onafhankelijkheid toonden zich met name toen ze de vraagstelling van het DB aanvulde met een extra onderzoeksvraag. De Raad keurde de aanvulling goed. Hierdoor werden de volgende vragen in het onderzoek centraal gesteld:
1. Is de procedure doorlopen conform de vastgestelde procedure en eventuele besluitvorming?
2. Is de nadere uitwerking van de procedure in de verschillende processtappen in overeenstemming geweest met de vastgestelde procedure?
3. (aanvullende vraag) Op welke wijze en vanuit welke uitgangspunten is het selectieproces vormgegeven? Welke actoren spelen daarin een rol en welke taken en verantwoordelijkheden hebben zij toebedeeld gekregen?

Opmerkelijk genoeg hebben de tegenstanders van het monument gedurende het onderzoek de onderzoekster noch de onderzoeksopzet erkend en hebben alszodanig geen medewerking eraan verleend. Hun inbreng bleef jammer genoeg uit. Dit werd door de fractie van de PvdA als een sterk gemis ervaren.
En dat terwijl in het raadsadres van 10 april 2006 van het comité van tegenstanders een beroep op de raadsleden is gedaan om ‘.. een diepgaand onderzoek in te stellen naar de gevolgde procedure bij de keuze van het ontwerp…’
Op 17 april bereikte de Raad opnieuw een soortgelijk schrijven van hetzelfde comité waarin werd vastgesteld dat het stadsdeel de stemming van de te gunnen kunstenaar naar eigen hand zou hebben gezet. Er werd gesteld dat het publiek met haar stemming voor een ander ontwerp zou hebben gekozen. En dat terwijl uit de schamele documentatie was op te maken dat de jury geen tegenstand bood tegen de stemverdeling en bijbehorend stemgewicht toen die ter sprake kwam. De publiekstem bleek namelijk een zevende deel van het besluit uit te maken. Ook hierbij was een lid van het comité ‘Een waardig monument voor Anton de Kom’ als lid van dej ury betrokken.

Hij kwam pas in het geweer toen hij het beeld in schetsvorm zag en dat bij hem en de achterban gemengde gevoelens opriep. Daar hij het niet eens was met het besluit van de jury trok hij zich terug en organiseerde een groep mensen om zich heen om alsnog zijn gelijk te halen. Die onoplettendheid die aandachtsverslapping gedurende het hele proces lijkt de rode draad te zijn van de gehele procedure. Het onderzoek wijst namelijk uit dat het zeven jaar durend proces ook voor de bestuurders een niet geringe opgave was. Gebleken is dat de informatiestroom naar het DB en de Raad uiterst zuinig op gang kwam. Zo was het mogelijk dat op belangrijke momenten noch het DB noch de Raad door de werkgroepen werden geïnformeerd. Het stadsdeel heeft als beleidslijn dat zij niet wil treden in inhoudelijke afwegingen die moeten leiden tot het oprichten van kunstobjecten in het stadsdeel. Voor de inhoudelijke ontwikkeling van kunst in het stadsdeel fungeert de Werkgroep Kunst & Vernieuwing (WKV). Deze werkgroep heeft in verband met de oprichting van het monument Anton de Kom een Werkgroep Anton de Kom opgericht waarin vertegenwoordigers van WKV, van de initiatiefnemers en andere bewoners uit Zuidoost zitting hadden genomen.
Deze werkgroep heeft procedureel de voorbereiding van het monument waaronder de jurering ter hand genomen.
Terecht is de conclusie dat de overheid zich niet moet inlaten met de inhoud van een te realiseren monument of kunstwerk.Daar mag geen twijfel over bestaan maar dat neemt niet weg dat het DB in ieder geval een monitorende functie heeft en t.a.v. beslissingen altijd geïnformeerd dient te worden.

Ten aanzien van vraag twee is gebleken dat de uitwerking van de ‘procedure opdracht’ in processtappen op hoofdlijnen in overeenstemming met de vastgestelde procedure is uitgevoerd. Maar het draagvlak voor het proces meer kans had gehad als de werkgroepen onderling contact met elkaar hadden gehad en het eens waren geworden over de procedure en het resultaat.
Het stadsdeel heeft er alles aan gedaan om het publiek bij de totstandkoming van het beeld te betrekken. Door het DB is radio en televisie in stelling gebracht om de publiekstem door te laten klinken in de procedure. Het rapport concludeert dat het betrekken van bewoners ook daadwerkelijk op ongebruikelijke en bovenmatige wijze heeft plaatsgevonden. De betrokkenheid van de bewoners heeft niet geleid tot consensus over het resultaat. De mate van betrokkenheid heeft paradoxaal eerder geleid tot strijdige meningen. De discussie die door het beeld ontstaan is past overigens uitstekend in het beeld van de mens Anton de Kom als iemand die zelfstandige gedachtevorming hoog in het vaandel had staan; niet alleen voor zichzelf. Anton de Kom stimuleerde ook anderen tot zelfstandig denken. Zelfstandig denken was voor hem de ultieme bevrijding.

Uit het onderzoek komt het beeld naar voren dat de werkgroep naar eer en geweten heeft gehandeld. Een paar kanttekeningen daarbij. De werkgroep heeft zich niet gehouden aan de zelf gekozen procedures. Per saldo had, wanneer zij dit wel had gedaan, het resultaat blijkens het onderzoeksrapport geen ander geweest. Het resultaat van de stemming is door de jury unaniem bekrachtigd. De vertegenwoordigers hebben onvoldoende contact onderhouden met de eigen achterbannen, waardoor weerstanden
bij die achterbannen pas na afronding van het proces scherp werden.

Concluderend:
• Het rapport laat zien de integriteit waarmee betrokkenen de voorbereiding van het beeld ter hand hebben genomen
• Het rapport laat zien de procedurele onvolkomenheden van het proces.
• Het rapport laat zien dat ook indien de procedures zonder onvolkomenheden waren geweest toch hetzelfde resultaat was bereikt
• Het rapport laat zien dat de juridische kwaliteit waarmee het stadsdeel de kunstontwikkeling op afstand heeft gezet verbetering behoeft.

De fractie van de PvdA zal zich inzetten dat de juridische kwaliteitszorg voor het onderhavige geval, maar ook voor andere beleidssoorten verbetert. Reflectie op het hele proces leert dat zorgvuldigheid en doordachtheid geen verzekering zijn voor het klaren van een dergelijk complex proces. De bestuurlijke begeleiding van een dergelijk complex proces vraag heldere randvoorwaarden t.a.v de mandaat- en delegetatieregeling. Daartoe dienen de spelregels scherper te worden geformuleerd en is er voor de fractie van de PvdA genoeg grond aanwezig om initiatieven te nemen. Die aankondiging is in de commissie door de fractie dan ook gedaan.

De samenleving heeft ook belang bij het concreet uitdragen van het gedachtegoed van Anton de Kom. Niemand zal het tegenspreken dat juist dat hem doet voortleven en juist dat hem onsterfelijk heeft gemaakt. De fractie van de PvdA is van mening dat er alles aan moet worden gedaan om het gedachtegoed van Anton de Kom levend te houden. Bij de begrotingsbehandeling heeft de fractie van de PvdA al het initiatief genomen om een Anton de Kom prijs in te stellen voor de buurt, waar door bewonersinitiatieven het meest aan sociale cohesie gedaan gaat worden. Ook in de sfeer van educatie zijn initiatieven te nemen die het gedachtegoed van Anton de Kom levend zullen houden. Anton de Kom mag niet voor de enkeling beschikbaar zijn maar dient ruim toegankelijk te zijn voor de hele natie. Die opdracht dienen wij voor hem en ons in te lossen. Dat is de richting waar de fractie van de PvdA naar toe wil. Het beeld als schakel voor de vooruitgang, waar Anton de Kom zijn leven voor heeft gegeven.

Lourens Burgers
Narish Parsan