5 februari 2007

Waarom mag je eigenlijk niet meer polderen?

Beste Eric,

Het woord polderen kom je niet veel meer tegen. Polderen betekent dat je bij een probleem eerst overlegt met zoveel mogelijk betrokken partijen en met die partijen vervolgens naar een oplossing zoekt. Dat kost tijd, maar dan heb je vervolgens wel een oplossing waar iedereen zich in kan vinden. Het poldermodel is echter uit.

Ik heb gezien dat ook jij je hebt geschaard bij de anti-polderlobby. In een artikel naar aanleiding van de Nieuwjaarsspeech van Cohen, die onder andere ging over onthaasting en overleg, vond jij dat die wel eens een voorbeeld zou kunnen nemen aan oud burgermeester Giuliani, die New York veel veiliger maakte. ‘Die poldert tenminste niet, maar doet dingen!’ was jouw argument.

Zo slecht gaat het niet in Amsterdam. Juist de oproep van Cohen om meer tijd te nemen om na te denken en te overleggen, zal de stad goed doen. Zulk gepolder heeft er in de Baarsjes bijvoorbeeld toe geleid dat we daar nu heldere afspraken tussen bewoners en jeugd hebben, vastgelegd in een straatcontract. Hierdoor is de buurt leefbaarder geworden.
En de straatcoaches voor de overlast in Slotervaart moeten het ook van polderen hebben. Ze gaan rustig en met veel overleg te werk. Zo wordt als eerste in overleg met jongeren afspraken gemaakt over welke trajecten ze kunnen en willen volgen. Ten tweede gaan ze in gesprek met de ouders van die jongeren om via gepolder ervoor te zorgen dat de coaches en de familie samen die jongeren weer op het rechte pad helpen.

Polderen heeft ertoe geleid dat we Amsterdam ook na de moord op Theo van Gogh een leefbare stad is gebleven. Dat werkt beter dan de veiligheid van Giuliani in New York. Ik denk dan ook niet dat we minder moeten polderen, maar juist meer moeten polderen. Als we dan toch een Amerikaans voorbeeld moeten volgen, neem dan het voorbeeld van de specifieke vorm van buurtbetrokkenheid bij de politie.

De Amerikaanse idee is dat bewoners enige invloed behoren te krijgen op de politietaken. Zeg dat 10% van de tijd van een buurtregisseur specifiek is gericht op de prioriteiten die de buurt bij hem aangeeft. Dat kan gaan om het oppakken van dealers of alcoholverslaafden of om een extra rondje patrouilleren en een praatje bij het bejaardentehuis in de buurt. Die bewoners kunnen dan overleggen, tijd nemen, goed nadenken en hun prioriteiten in samenspraak met de buurtregisseur vastleggen. Een typisch voorbeeld van polderen dat leidt tot een veiligere, socialere en leefbaardere stad. Zo zie dat juist polderen en onthaasting kan leiden tot een veiligere en leefbaardere stad.

Hartelijke groet,

Manon