motie reuten
| Gemeenteblad | ||
Motie van de raadsleden Reuten c.s. inzake De Uitweg | |||
Amsterdam, 19 november 2003. |
Aan de Gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de raadsvoordracht d.d. 30 oktober 2003 Manifest De Uitweg (Gemeenteblad afd. 1 nr. 631);
Overwegende, dat de plannen in het manifest De Uitweg voor de uitbreiding van het Openbaar Vervoer in de regio minder vast omlijnd zijn dan die voor uitbreiding van het Rijkswegennet en bijvoorbeeld nog niet, zoals de weg, gekoppeld zijn aan concrete tracé-procedures;
Overwegende, dat in het manifest onvoldoende aandacht wordt besteed aan de mogelijkheden voor het opvangen van een groter deel van de mobiliteitsgroei in de regio met meer OV-verbindingen en -capaciteit;
Overwegende, dat er door het Rijk nog steeds geld is gereserveerd voor de zogenaamde Zuiderzeelijn;
Overwegende, dat conform het Uitweg-pakket aan de mogelijk door het Rijk te realiseren uitbreiding van de capaciteit van het Rijkswegennet in de regio, afspraken over investeringen in Openbaar Vervoer onlosmakelijk gekoppeld zijn;
Besluit:
het college te vragen om samen met onder andere Almere en de provincies harde afspraken te maken met het Rijk over realisering van een tweede OV-verbinding tussen Almere en Amsterdam, uitbreiding van de OV-capaciteit in het algemeen en de spoedige inzet van de voor de Zuiderzeelijn gereserveerde middelen in dit verband,
en gaat over tot de orde van de dag.
De leden van de Gemeenteraad,
M.J.A. Reuten
B.C.J. Olij
M. van Poelgeest
(Ingekomen – onder cijferaanduiding * – in de middag/avondzitting op woensdag 19 november 2003).